In de wijngaarden van de Roussillon is het heet en droog in de zomer, koud in de winter. De sterke warme winden zorgen ervoor dat de druiven na regen snel opdrogen. De ondergrond is erg verscheiden: kalk, klei, schiste, graniet… De opbrengsten zijn laag. Daardoor, en door de verscheidenheid inzake klimaat, ontstaan er terroirs die telkens best geschikt zijn voor bepaalde druivenrassen. Wijnbouw geschiedt hier dikwijls op brede terrassen, hetgeen manueel bewerken vooropzet.
De Rousillon is misschien wel het meest bekend omwille van zijn gemuteerde wijnen, de VDN, Vins Doux Naturels, zoals deze van Rivesaltes, Banyuls en Maury. Toch is het nu vooral een gebied waar heerlijke rode, witte en roséwijnen het levenslicht zien. Wijnen met karakter, die in de restaurants heel veelzijdig uit de hoek kunnen komen.
De rode wijnen zijn vlezig, fruitig, gekruid en robuust tegelijkertijd. Voor de AOC worden verscheidene druivenrassen toegelaten, zoals carignan, lladoner pelut, syrah, mourvèdre en grenache noir.
De witte wijnen zijn delicaat, kruidig en fruitig, in heel warme jaren soms wat wollig. De druiven die hier in aanmerking komen zijn de witte grenache, macabeu, malvoisie, muscat, marsanne, roussanne en vermentino.
Sommige dorpen of onderregio’s mogen hun naam toevoegen aan de appellatie. Meestal is dat gebaseerd op een bijzondere ondergrond, die de wijnen een apart karakter geeft. Enkele voorbeelden zijn de Côtes du Roussillon Villages Tautavel, Côtes du Roussillon Villages Lesquerde, Côtes du Roussillon Villages Caramany, of Côtes du Roussillon Villages Latour-de-France.
De laatste jaren ging de kwaliteit van de wijnen uit de Roussillon er met reuzenschreden op vooruit. Er werd geïnvesteerd in ultramodern materiaal, pneumatische persen en temperatuurgecontroleerde tanks zijn nu zowat standaard. De opvoeding van de wijn gebeurt zowel in RVS-tanks, in foeders of al dan niet nieuwe eiken vaten. De keldermeester heeft het laatste woord.
De Rousillon is gekend voor zijn Vins Doux Naturels (VDN), al moet gezegd dat de belangstelling voor deze zoete wijn met een vrij hoog alcoholgehalte terugloopt. Helaas, want soms zijn het echte kunstwerkjes. De productie ervan gaat terug tot 1285.
Voor u geproefd
Een delegatie van wijnbouwers uit de Rousillon kwam onlangs naar Brussel om hun wijnen te laten proeven. De volgende konden ons bekoren.
Wit
- Terrassous, Côtes Catalanes, Muscat sec 2015. Helder wit en klaar. Heel fris, droog, fruitig met impressies van citrusvruchten en muskaat. Prima aperitief en bij eendenlever als voorgerecht.
- Mas Janeil, Côtes du Roussillon, 2013. Mineraal en krachtig aroma. Volle en krachtige neus met een vleugje hout. Aromatisch en krachtig in de smaak. Past bij stevige visgerechten, bijvoorbeeld met venkel. Gastronomiewijn.
Rood
- Les Pierres Plates, Côtes du Roussillon Les Aspres, 2013. Donker karmijnrood. Fluwelen neus vol zwart fruit, wat vanille en rode bloemen. Veel body. Lange afdronk.
- Mas Janeil, Côtes du Rousillon Villages, 2015. Stevige robe, bijna zwart. Minerale, kruidige en bijna aardse geur, de wijn is ongefilterd en zonder sulfiet gemaakt.
- Les Hauts de Força Réal, ‘Schistes’, 2012. Diep rood, neus met Provençaalse kruiden en zelfs wat truffel. Stevige structuur, fijne tannines. Krachtige en harmonieuze wijn met een lange finale voor bij geroosterd vlees en wild.
- Mas de la Garrigue, 2014. Druivensoorten grenache en carignan. Donker robijnrood, fruitig en fluwelige dronk die goed bijblijft.
VDN
- Terrassous, Rivesaltes Hors d’Age 6 Ans. Tanige robe, krachtige neus: warme oosterse kruiden als kaneel en gember. Past bij desserts met gedroogde vruchten, noten en ook bij blauwschimmelkaas.
- Domaine Força Réal, Muscat de Rivesaltes. Goudgeel, fruitig. Neus van zoete vruchten: rijpe gele perzik, honingmeloen, ananas… Bij fruitdesserts.
- Maury, Mas Janeil, 2015. Neus van rijp, donkerrood fruit: pruimen en kersen. Verder wat tijm, rozemarijn en wat houttoetsen. Evenwichtig in de smaak, met in de achtergrond stevig staande zuren.
