Horecaondernemers ervaren het al jaren: de consument is veeleisender geworden als het om koffie gaat. En of het nu klassieke espresso, filterkoffie of cold brew gaat: in de eerste plaats primeert de kwaliteit. Daarnaast wint ook authenticiteit aan belang. Getuige daarvan het succes van de eerste Brussels Coffee Show in Brussel op 19 en 20 oktober in Gare Maritime.
De Brussels Coffee Show was bedoeld voor het grote publiek – en de eerste in zijn soort in ons land – maar diverse standhouders lieten via een discreet bordje aan hun stand weten ook open te staan voor partnerships met retailers of met horecazaken. Logisch, want koffie is niet langer een ‘commodity’, maar maakt deel uit van de (kwaliteit) van de restaurantbeleving, zegt Thomas Wyngaard van OK Coffee, een van de drijvende krachten van deze koffiebeurs. Los van de individuele voorkeuren zijn er echt wel standaarden, en koffie kies je op basis van geur en smaak, maar ook van de zuurtegraad, de rondheid etc. Aanwezig op de Brussels Coffee Show waren lokale en internationale branders, fabrikanten van apparatuur en experts in zetmethoden. En net geen 4.000 bezoekers, een mooi succes voor een eerste editie. Wat standhouders en bezoekers op de Brussels Coffee Show bond: hun passie voor koffie!
De huidige koffiecultuur kwam tot stand door het blenden van de klassieke mediterrane (‘Italiaanse’) manier van koffiedrinken met de recentere Angelsaksische benadering. In ons land waren onder meer Caffènation (Antwerpen) en OR (Gent) pioniers van die moderne aanpak. Het aantal ambachtelijke branders nam sindsdien toe, eerst in Vlaanderen en vervolgens ook in Brussel en Wallonië. Voor horeca-ondernemers komt het erop aan keuzes te maken, maar wel op basis van kwaliteit en, zeker als dat aansluit bij het concept van het restaurant, van authenticiteit en lokale productie.
Terzijde: de ambassadeurs van koffielanden Ethiopië en Columbia waren aanwezig bij de plechtige opening van de Brussels Coffee Show en plantten symbolisch enkele koffieplantjes in de tuin van Gare Maritime.
(Wim De Mont)
Foto’s © Wim De Mont